24 juni 2015
[caption id="attachment_2563" align="alignleft" width="300"]

Han Dieperink - directeur IMK[/caption]
In iedere willekeurige mobiliteitsdoelgroep is 10-15% geschikt voor ondernemerschap. Dat leert de ervaring van het Instituut voor het Midden- en Kleinbedrijf (IMK), dat jaarlijks bijna duizend mensen begeleidt naar ondernemerschap. Veel van die startende ondernemers komen uit mobiliteitsprogramma’s van grote organisaties, zoals het primair onderwijs, banken, verzekeraars en grote gemeenten.
Han Dieperink, algemeen directeur van het IMK, claimde tijdens een bijeenkomst van het SAM netwerk op 19 mei jl. dat
mobiliteit naar ondernemerschap de meest duurzame vorm van arbeidsvitaliteit oplevert en onderbouwde dat met cijfers uit onderzoek in opdracht van het UWV.
Van mensen met een WW uitkering, die kozen voor de uitstroom via zelfstandig ondernemerschap blijkt 91 procent na een jaar nog steeds actief te zijn als ondernemer en na drie jaar is dat nog steeds 74 procent. Volgens het UWV is dat veel duurzamer dan de totale groep van werkhervatters. Opmerkelijk is ook dat dit duurzamer is dan de gemiddelde ondernemer in Nederland.
Volgens Han Dieperink heeft dat te maken met een drietal krachten die de kandidaat onder-nemer ervaart tijdens het traject naar ondernemerschap:
Ten eerste de zogenaamde
motivatiekracht, die ontstaat doordat ondernemerschap vaak aansluit bij de innerlijke drijfveren van de kandidaat, bij de latente passie, die wordt aangeboord zodra de vraag gesteld wordt: “Wat zou je willen ondernemen?” Vaak blijken kandidaten in hun verleden al dromen rond hun passie ontwikkeld te hebben, maar die weer diep opgeborgen te hebben. En passie is de brandstof voor ondernemerssucces.
De tweede kracht is de zogenaamde
competentiekracht. De vaak verbazingwekkende ontdekking dat ondernemerschap gewoon te leren is. Dat je geen Steve Jobs of Richard Branson hoeft te zijn om met een onderneming genoeg inkomen te verdienen voor financiële zelfstandigheid. Met een aantal basisvaardigheden verminderen de ondernemersrisico’s drastisch en dat geeft kandidaat-ondernemers zelfvertrouwen.
Natuurlijk is niet iedereen geschikt om ondernemer te zijn en daarom wordt voorafgaand aan het traject uitvoerig getest op voldoende aanwezigheid van zogenaamde ondernemerscompetenties. Zonder een minimum niveau van die competenties is de kans van slagen als ondernemer te laag en zal de kandidaat zich snel ongelukkig voelen.
Zoals boven beschreven blijkt 10 tot 15% van iedere doelgroep wel over voldoende ondernemerscompetenties te beschikken en is daarmee geschikt voor mobiliteit naar ondernemerschap.
De derde kracht, de
verkoopkracht, blijkt in de praktijk de grote aanjager voor duurzame arbeidsvitaliteit te zijn. Bij IMK noemen ze dat ‘de kracht van de eerste factuur’. Het kunnen sturen van een eerste factuur en daarmee het directe bewijs dat een derde bereid is voor jouw inspanningen te betalen, is dé krachtbron voor eigenwaarde en doorzettingsvermogen. Het blijkt een veel directer positief effect op mensen te hebben dan een positieve beoordeling bij mensen in dienstverband. Betalende klanten geven je vleugels.
Gun je cliënten de weg naar ondernemerschap
Tijdens de SAM meeting in mei deed Han Dieperink een oproep aan de vele loopbaan- en mobiliteitsadviseurs in de zaal: “Gun je cliënten de weg naar ondernemerschap. Als ze het kunnen maakt het hen gelukkiger en financieel zelfstandiger dan iedere andere bestemming. Vraag je dus bij iedere nieuwe cliënt eerst af, is de mogelijkheid voor ondernemerschap al voldoende aan de orde geweest?”
Arbeidsmarkt
Met mobiliteit naar ondernemerschap wordt ook gewerkt aan hogere doelen op de arbeidsmarkt. Veel kandidaat-ondernemers kiezen voor ondernemerschap ‘in de buurt’ van de sector, waarin ze werkzaam zijn geweest. Dat ziet het IMK bijvoorbeeld heel sterk in de onderwijssector. Mobiliteit naar ondernemerschap draagt daar sterk bij aan het creëren van een flexibele schil in de arbeidsmarkt en dat creëert flexibiliteit in de dienstverlening in die sector, maar draagt ook bij aan een innovatiever klimaat.
Op zich een mooie beweging, maar mobiliteit naar ondernemerschap creëert vooral eerst de meest duurzame vorm van arbeidsvitaliteit.